Onroerende zaakbelasting
De onroerende zaakbelasting (ozb) voor eigenaren en gebruikers van niet-woningen wordt net als de ozb voor eigenaren van woningen verhoogd met 3,9% waarbij ook het weegschaalprincipe wordt toegepast. Daarnaast vindt er een geleidelijke overheveling plaats van de ozb van gebruikers (huurders) van bedrijven naar eigenaren van bedrijven.
In onderstaande tabel hebben wij het ozb tarief voor 2026 voor gebruikers en eigenaren van niet-woningen in beeld gebracht. Als uitgangspunt nemen wij hier een fictief bedrijf of kantoor met een WOZ-waarde van € 1 miljoen.
Onroerende zaakbelasting gebruikers niet woningen
bedragen x € 1
| tarief | 2025 geraamd | 2026 na hertaxatie | 2026 na verhoging | stijging | 2026 na overheveling | daling | 
|---|---|---|---|---|---|---|
| WOZ waarde (a) | 1.000.000 | 1.005.049 | 1.005.049 | 1.005.049 | ||
| tarief (b) | 0,2521% | 0,2508% | 0,2606% | 3,90% | 0,1955% | -25,0% | 
| aanslag ozb (a) * (b) | 2.521 | 2.521 | 2.619 | 3,90% | 1.965 | -25,0% | 
Onroerende zaakbelasting eigenaren niet woningen
bedragen x € 1
| tarief | 2025 geraamd | 2026 na hertaxatie | 2026 na verhoging | stijging | 2026 na overheveling | stijging | 
|---|---|---|---|---|---|---|
| WOZ waarde (a) | 1.000.000 | 1.005.049 | 1.005.049 | 1.005.049 | ||
| tarief (b) | 0,4504% | 0,4481% | 0,4656% | 3,90% | 0,5267% | 13,1% | 
| aanslag ozb (a) * (b) | 4.504 | 4.504 | 4.680 | 3,90% | 5.294 | 13,1% | 
Op dit moment verwachten we dat WOZ-waarde (peildatum 1 januari 2025) voor de aanslag 2026 gemiddeld 0,5% hoger ligt ten opzichte van de WOZ-waarde voor de aanslag 2025. In het bovenstaande rekenvoorbeeld komt de WOZ-waarde daarmee uit op € 1.005.049. Om ervoor te zorgen dat deze gemiddelde waardestijging geen effect heeft op de aanslag verlagen we eerst het tarief. Vervolgens wordt dit verlaagde tarief verhoogd met 3,9% om het tarief 2026 te berekenen.
De volgende stap betreft de vorig jaar afgesproken overheveling ozb van huurders (gebruikers) naar eigenaren van bedrijfspanden (niet woningen). Hierbij is gekozen voor een geleidelijke invoering. Dit sluit aan bij de uitspraak van het Gerechtshof in Den Haag. Bij elke stap toetsen we op basis van de dan geldende jurisprudentie of een nieuwe stap juridisch toegestaan is. In deze tweede stap van vijf wordt het tarief voor de gebruikers verlaagd met 25,0% en het tarief voor de eigenaren wordt verhoogd met 13,1%. Per saldo levert dit € 100.000 aan extra ozb-opbrengsten op in 2026.
Het ozb tarief 2026 voor gebruikers niet woningen komt hiermee uit op 0,1955% en het tarief voor eigenaren niet woningen komt uit op 0,5267%.
Rioolheffing
Ook bij bedrijven en kantoren die direct of indirect aangesloten zijn op de gemeentelijke riolering brengen we rioolheffing in rekening. Dit is geregeld in de Verordening op de heffing en invordering van rioolheffing. Vanwege de kostenopbouw verhogen we de rioolheffing net zoals bij de huishoudens met 8,7% (zie het onderdeel rioolheffing voor een nadere toelichting).
Reinigingsrechten
Hierbij gaat het om de inzameling van afval van bedrijven en instellingen via het ondergronds afval transportsysteem (OAT). De kosten voor deze dienstverlening worden verrekend via het reinigingsrecht. Ook de reinigingsrechten hebben wij op basis van de kostenstijgingen verhoogd. Dit is geregeld in de Verordening op de heffing en invordering van afvalstoffenheffing en reinigingsrechten. We verhogen onze tarieven met 1,4% dit is gelijk aan de verhoging van de afvalstoffenheffing voor meerpersoonshuishoudens.
