Op basis van bovenstaande verwachtingen over 2025 en de jaren daarna is een doorrekening gemaakt van het begrote verloop van de grondexploitaties. Dit is als het ware een ‘lichte’ actualisering van het MPGA 2026, met de kennis die we halverwege het lopende jaar hebben. We kunnen daarmee een voorspelling doen van het verwachte verloop van het weerstandsvermogen, waarmee we inzicht krijgen in de verwachte afdracht aan de algemene dienst in 2025. Bij de Programmarekening 2025 weten we wat er werkelijk afgedragen kan worden.
We onderscheiden hierbij het ‘harde’ en het ‘zachte’ weerstandsvermogen. Het zachte weerstandsvermogen is het vermogen dat wij in de toekomst nog verwachten te verdienen. Het harde weerstandsvermogen is het vermogen dat al verdiend is. Een deel van dat geld moeten wij reserveren om risico’s op te kunnen vangen. Ook hebben we een deel nodig voor de vennootschapsbelasting (VPB) die we over de fiscale winst moeten betalen.
