bedragen x € 1.000
| omschrijving | 2025 | 2026 | 2027 | 2028 | 2029 | 
|---|---|---|---|---|---|
| bijzondere bijstand | -900 | -900 | -900 | -900 | |
| studietoeslag | -147 | -147 | -147 | -147 | -147 | 
| Bezuiniging armoedebeleid | 13 | 73 | 73 | 73 | |
| knelpunt uitvoeringskosten inburgering | -1.000 | -1.000 | |||
| bijstandsverlening | -3.445 | ||||
| Afschaffen woonlastenfonds en invoeren automatische kwijtschelding belastingen | |||||
| bestedingsplan Reserve bestaanszekerheid | |||||
| incidentele knelpunten Wmo en Zorg | -530 | ||||
| Bezuiniging Wmo | |||||
| totaal | -4.122 | -2.034 | -1.974 | -974 | -974 | 
Bijzondere bijstand
Dit knelpunt is al gemeld in de 2e kwartaalrapportage 2025 en het tekort 2025 is opgelost. De afspraak was voor het structurele knelpunt een oplossing moest komen bij de begroting 2026. Binnen de bijzondere bijstand zien wij geen mogelijkheden om de kosten terug te dringen, zonder dat de ondersteuning aan onze inwoners door de ondergrens schiet. We doen wel een voorstel en om op het armoedebeleid nog € 0,2 miljoen te bezuinigen.
Wij verwachten een overschrijding op de bijzondere bijstand van ruim € 0,9 miljoen. Het jaarlijkse budget is € 2,2 miljoen. Medio 2023 zijn de normen van de bijzondere bijstand (bijvoorbeeld voor inboedel en elektronica) verhoogd en grotendeels in lijn gebracht met de normen van het Nibud. In 2024 zagen we een kostenstijging van € 0,5 miljoen ten opzichte van 2023. Dit leidde tot een tekort van € 0,4 miljoen in de jaarrekening 2024. Dit kon toen worden opgevangen door lagere uitgaven op vooral de schuldhulpverlening.
We zien de kosten bijzondere bijstand verder oplopen en verwachten een extra kostenstijging van € 0,5 miljoen ten opzichte van 2024. Hierdoor verwachten we een tekort van in totaal € 0,9 miljoen ten opzichte van de begroting. De belangrijkste oorzaken van de kostenstijging zijn:
• € 0,27 miljoen: een verdubbeling van het aantal jongeren onder de 21 jaar (door uitstroom uit de jeugdhulp en maatschappelijke opvangvoorzieningen) die zelfstandig wonen en nu een beroep doen op aanvullende bijstand voor huurkosten e.d.;
• € 0,36 miljoen: verdere stijging van de kosten van vooral woninginrichting omdat de vergoedingsbedragen vorig jaar zijn verhoogd.
• € 0,27 miljoen: Hogere uitgaven voor (suppletie) aanvulling op aflossingen op leningen van bijstandsgerechtigden bij de kredietbank.
Studietoeslag
Dit knelpunt is al gemeld in de 2e kwartaalrapportage 2025.
Er maken steeds meer studenten gebruik van de studietoeslag medische beperking. De wetgeving is in april 2022 versoepeld, zo is de vermogenstoets afgeschaft. De kosten zijn sindsdien gestegen en het budget is hiervoor ook verhoogd. We zien in 2024 en 2025 dat het gebruik onder studenten verder is toegenomen. Dit komt onder andere doordat zowel het Rijk als de gemeente de regeling beter onder de aandacht brengt. Ook is het gemiddelde uitkeringsbedrag per maand gestegen en zijn er nabetalingen over 2024 geweest. Er wordt een overschrijding verwacht van circa € 0,15 miljoen.
De studietoeslag is een wettelijke open einderegeling. De gemeente heeft beperkte beleidsvrijheid op de hoogte van de toeslag en op de toets op de blijvende medische beperking. Almere hanteert de wettelijke minimumtarieven. De toegang tot de regeling wordt wel gestimuleerd.
Bezuiniging armoedebeleid
bedragen x € 1.000
| omschrijving | 2025 | 2026 | 2027 | 2028 | 2029 | 
|---|---|---|---|---|---|
| a. learn 2 work | 60 | 60 | 60 | ||
| b. businessclub Almere city | 13 | 13 | 13 | 13 | |
| totaal | 13 | 73 | 73 | 73 | 
Door de stijgende kosten van de bijzondere bijstand stellen we voor om een bezuiniging van € 0,1 miljoen door te voeren op het armoedebeleid. Het gaat vooral om minder geld voor learn 2 work en businessclub Almere City.
Knelpunt uitvoeringskosten inburgering
bedragen x € 1.000
| omschrijving | 2025 | 2026 | 2027 | 2028 | 2029 | 
|---|---|---|---|---|---|
| a. structurele kosten inburgering | -1.300 | -1.300 | -1.300 | -1.300 | |
| b. taakstelling op uitvoeringskosten | 300 | 300 | 300 | 300 | |
| d. structureel oplossing door Rijk | 1.000 | 1.000 | |||
| totaal | -1.000 | -1.000 | 
Bij de invoering van de wet Inburgering in 2022 zijn voor de uitvoeringskosten middelen beschikbaar gesteld vanuit het gemeentefonds. Sindsdien is het aantal inburgeringsplichtige statushouders verviervoudigd. De budgetten voor de uitvoeringskosten zijn hier echter niet op aangepast. De afgelopen jaren konden we door vertraging in het opstarten van trajecten en het inzetten van beschikbare incidentele middelen de uitvoeringskosten financieren. Met ingang van 2026 is dat echter niet meer mogelijk en is er zonder bijsturing sprake van een structureel financieel knelpunt van € 1,3 miljoen.
We gaan proberen deze kosten zoveel als mogelijk te beperken. We achten een besparing van € 0,3 miljoen realistisch. De maatregelen zijn erop gericht om de uitvoering en begeleiding zoveel als mogelijk in stand te houden en de werkdruk op ons uitvoerend personeel niet te verhogen. We stellen daarom voor om een voorgenomen 2e beleidsadviseur niet te werven. Ook willen we de kosten van maatschappelijke begeleiding volledig gaan betalen uit de specifieke uitkering voor inburgeringstrajecten.  
Er blijft dan een knelpunt van € 1 miljoen per jaar over. Dit willen we voor twee jaar oplossen met een deel van het geldt dat we van het Rijk ontvangen voor het gebruik van doorstroomlocaties voor vergunningenhouders. Dit voordeel is opgenomen op het programma Wonen. Voor de uitvoeringskosten hiervan ontvangen we in 2024 en 2025 € 4,75 miljoen incidenteel via een specifieke uitkering. Deze kosten werden tot nu toe betaald uit het budget voor taskforce huisvesting vergunninghouders. Hiervan zetten we dus € 2 miljoen in voor de uitvoeringskosten inburgering.
Structureel vinden we dat het Rijk ons meer geld moet geven voor de uitvoeringskosten inburgering en/of dat de taakstelling omlaag wordt gebracht zodat we uitkomen met het budget.
   
Met de maatregelen die we doorvoeren willen we voorkomen dat de wachtlijsten voor inburgering oplopen. Uiteraard is tijdige inburgering belangrijk voor de inburgeraars zelf, maar ook voor onze stad en samenleving. Niet of vertraagd inburgeren betekent dat deze mensen niet of moeilijk de taal leren en integreren. De kans op werk neemt hierdoor af en de afhankelijkheid van (inkomens)voorzieningen neemt toe.
Bijstandsverlening
Voor 2025 is het budget dat wij van het Rijk ontvangen voor het betalen van de bijstandsuitkeringen en loonkostensubsidies onvoldoende. Wij verwachten een tekort van ruim € 3,45 miljoen. We verwachten dit jaar een stijging van de klantenaantallen van ongeveer 3,5% ten opzichte van 2024. Landelijk lijkt deze stijging gemiddeld ongeveer 1,25% te zijn. We weten uit ervaring dat als landelijk de bijstandsaantallen stijgen of dalen in Almere deze ontwikkeling zich sneller voordoet. Bij oplopende aantallen zoals nu het geval is, is de stijging in Almere in de eerste jaren nog sterker. Verder ligt het gemiddeld uitkeringsbedrag in Almere al jaren boven het landelijk gemiddelde. Tezamen zijn dit de oorzaken van het tekort van € 3,4 miljoen.
Om het tekort op de bijstand terug te dringen zullen wij maatregelen gericht op zowel het bevorderen van de uitstroom als het beperken van het gemiddeld uitkeringsbedrag nemen. Extra uitstroom kan bijvoorbeeld worden gerealiseerd door maximaal in te zetten op het gebruik van loonkostensubsidies. Om een lager gemiddeld uitkeringsbedrag te realiseren zal vooral worden ingezet op het stimuleren en faciliteren van het werken in deeltijd.
Eind september/begin oktober worden het definitieve budget 2025 en het voorlopige budget 2026 per gemeente bekend gemaakt. Hierop zullen we de begroting indien nodig nog bijstellen.
In het voorjaar zullen we de meerjarenbegroting 2026-2029 bijstellen. We gaan zoals altijd ervan uit dat we structureel uitkomen met het budget dat we van het Rijk ontvangen.
Afschaffen woonlastenfonds en invoeren automatische kwijtschelding belastingen
bedragen x € 1.000
| omschrijving | 2025 | 2026 | 2027 | 2028 | 2029 | 
|---|---|---|---|---|---|
| a. vrijval restantbudget Woonlastenfonds | 211 | 211 | 211 | 211 | |
| b. nodig voor extra kosten kwijtschelding | -211 | -211 | -211 | -211 | |
| totaal | 
Bij de Programmabegroting 2025 is bij de bezuinigingen besloten tot het voornemen om het woonlastenfonds af te schaffen en automatische kwijtschelding belastingen voor inwoners in de bijstand in te voeren. Er is toen een bezuiniging ingeboekt van € 0,6 miljoen op het woonlastenfonds. Tegelijkertijd is het kwijtscheldingsbudget met € 0,4 miljoen verhoogd omdat de kosten zouden toenemen. Bij deze begroting wordt definitief besloten om per 2026 het woonlastenfonds af te schaffen en automatische kwijtschelding aan inwoners in de bijstand in te voeren.
Na onderzoek blijkt dat de extra kosten van automatische kwijtschelding belastingen € 0,8 miljoen zijn. Dit is € 0,4 miljoen hoger dan verwacht. De verwachting was dat er ongeveer 950 huishoudens in de bijstand geen gebruik maken van kwijtschelding. Dit blijken er ongeveer 1.670 te zijn.
De hogere kosten kunnen voor € 0,2 miljoen worden gedekt binnen de begroting. € 0,2 miljoen van de hogere kosten kunnen worden betaald uit het restantbudget woonlastenfonds van € 0,2 miljoen. Dit budget was bewust achtergehouden totdat de maatregelen doorgevoerd zouden worden.
Bestedingsplan Reserve bestaanszekerheid
bedragen x € 1.000
| omschrijving | 2025 | 2026 | 2027 | 2028 | 2029 | 
|---|---|---|---|---|---|
| a. vroegsignalering | 235 | ||||
| b. Collectieve zorgverzekering: rechtmatigheidscontrole | -15 | -21 | -21 | -21 | |
| c. Inhoudelijke kosten Stadspas | -150 | -150 | |||
| d. Jeugdfonds Sport en Cultuur | -236 | -117 | -117 | ||
| e. Jeugd Educatiefonds | -40 | -40 | -40 | ||
| f. schuldhulpverlening Jongeren | -114 | -114 | -114 | ||
| g. onttrekking reserve bestaanszekerheid | 561 | 442 | 292 | ||
| h. storting reserve bestaanszekerheid | -220 | ||||
| totaal | 
Sinds 2023 kent de gemeente Almere de reserve Bestaanszekerheid. Het doel van deze reserve is om de mogelijkheden van het gemeentelijk beleid op het gebied van bestaanszekerheid tijdelijk te vergroten. Begin 2025 zat er € 1,9 miljoen in de reserve. Via eerdere besluiten wordt € 0,6 miljoen in 2025 ingezet voor het tekort op de Bijzondere Bijstand. Ook is het raadsvoorstel Uitgangspunten stadspas vastgesteld (RV25068). Via dit voorstel wordt er in 2025 en 2026 in totaal € 0,2 miljoen ingezet voor de ontwikkeling van de stadspas. Verder houden we € 0,2 miljoen over in 2025 op vroegsignalering. Dit geldt wordt gestort in de reserve (regels a/h). Per saldo is er dan nog € 1,3 miljoen beschikbaar. Hiervoor doen we een bestedingsvoorstel voor de jaren 2026-2028. Dit onttrekken we uit de reserve (regel g).
b.   We geven € 0,06 miljoen uit voor de rechtmatigheidscontrole op de collectieve ziektekostenverzekering. Dit zal ertoe leiden dat alleen inwoners die aan alle voorwaarden voldoen ook daadwerkelijk gebruik kunnen maken van de verzekering.
c. In het RV Stadspas is € 0,2 miljoen beschikbaar gesteld voor de ontwikkeling van de stadspas. Om aanbod van maatschappelijke organisaties uit de stad toegankelijk te maken voor minima stellen we € 0,3 miljoen beschikbaar.
d. Het Jeugdfonds Sport en Cultuur is een belangrijke partner in het bevorderen van kansengelijkheid van Almeerse kinderen. Het aantal goedgekeurde aanvragen bij het Jeugdfonds neemt de afgelopen jaren toe. We stellen € 0,5 miljoen beschikbaar om de groei van het Jeugdfonds te betalen.
e/f. Voor het Jeugdeducatie fonds, de schuldhulpverlening aan jongeren en preventief budgetbeheer/budgetcoaching stellen we € 0,45 miljoen beschikbaar.
Incidentele knelpunten Wmo en Zorg
bedragen x € 1.000
| omschrijving | 2025 | 2026 | 2027 | 2028 | 2029 | 
|---|---|---|---|---|---|
| a. overbruggingszorg | -100 | ||||
| b. sociaal medische indicaties | -300 | ||||
| c. verzenden en printen brieven | -90 | ||||
| d. facilitaire kosten wijkteams | -40 | ||||
| totaal | -530 | 
Er zijn een viertal knelpunten in 2025 die vanaf 2026 opgelost moeten worden. We verwachten € 0,3 miljoen hogere kosten voor Sociaal medische indicaties (SMIK), door een toenemend gebruik. In totaal komen de kosten 2025 uit op € 1,6 miljoen. Voor het zomerreces is er een nieuwe verordening voor de SMIK vastgesteld. De verordening gaat in per 2026.. In deze verordening zijn duidelijke regels opgesteld om in aanmerking te kunnen komen voor SMIK. Hierdoor verwachten we de kosten vanaf 2026 te kunnen verlagen. Dit is ook nodig omdat het budget 2026 € 0,7 miljoen is en het budget 2027 structureel € 0,5 is. Dit betekend dat de kosten in korte tijd met ruim € 1 miljoen moeten dalen. Met de nieuwe verordening verwachten we dat dit mogelijk is. Verder zal de bezuiniging op het printen van brieven van € 0,1 miljoen in 2025 niet worden ingevuld. Dit komt door contractuele verplichtingen. Vanaf 2026 wordt dit bedrag meegenomen in de bezuiniging op de Wmo Huishoudelijke Ondersteuning. Ook verwachten we in 2025 € 0,1 miljoen aan hogere kosten voor overbruggingszorg en facilitaire kosten bij de wijkteams.
Bezuiniging Wmo
bedragen x € 1.000
| omschrijving | 2025 | 2026 | 2027 | 2028 | 2029 | 
|---|---|---|---|---|---|
| a. totale bezuiniging huishoudelijke hulp | 1.822 | 1.942 | 2.037 | 2.037 | |
| b. Bezuiniging Wmo ondersteuning | -1.220 | -1.270 | -1.320 | -1.320 | |
| c. niet invullen bezuiniging Wmo hulpmiddelen | -320 | -390 | -475 | -475 | |
| d. niet invullen bezuiniging printen en verzenden brieven | -162 | -162 | -162 | -162 | |
| e. huisvesting wijkteams | -120 | -120 | -80 | -80 | |
| totaal | 
Er liggen meerdere bezuinigingen op de Wmo ondersteuning, hulpmiddelen en het verzenden van brieven. Ook is er een knelpunt op de huisvesting van de Wijkteams. Deze bezuinigingen tellen op tot € 2 miljoen structureel.
Het voorstel is om alle bezuinigingen in te vullen via maatregelen op de huishoudelijke ondersteuning. Dat doen wij door:
a. strenger te sturen op toegang en uitstroom
b. het aantal uren per indicatie te beperken en scherpere tarieven af te spreken met aanbieders onder andere door het aantal uren te verlagen op basis van de werkelijke ureninzet van de aanbieders
c. Onze consulenten voeren meer huisbezoeken en herbeoordelingen uit. Wij streven in 2026 naar 5–10% minder cliënten.
d. wij willen een nieuw product ‘alleen schoonmaken’ opnemen in onze pakketten
Met deze aanpak realiseren wij structureel een besparing van circa €2 miljoen op een huidig budget van ruim €20 miljoen.
Wij zijn ons bewust van de risico’s, zoals juridische uitdagingen, mogelijk verzet vanuit de samenleving en het gevaar dat vooral lichtere cliënten afvallen waardoor de gemiddelde zorgzwaarte stijgt. Tegelijkertijd benutten wij de kansen die deze koers biedt: wij vergroten de focus op zelfredzaamheid, versterken onze onderhandelingspositie en zetten onze middelen doelmatiger in. Wij garanderen dat inwoners die Huishoudelijke ondersteuning echt nodig hebben ondersteuning blijven ontvangen, maar wij vragen nadrukkelijker om eigen inzet en tijdelijke oplossingen waar dat kan. Richting aanbieders sturen wij strakker op het aanbod, waarbij wij het gesprek met elkaar blijven voeren om samen te zorgen voor een houdbaar Wmo-stelsel in Almere.
